Memorial Day Weekend

Komende maandag is het in de VS weer Memorial Day, de dag waarop Amerika alle Amerikaanse soldaten herdenkt die tijdens hun dienstperiode de dood vonden.

Veel Amerikanen maken er een lang weekend van omdat Memorial Day zelf al een vrije dag is, en door dan de vrijdag ervoor ook nog vrij te nemen heb je zomaar ineens de tijd voor een korte vakantie.

En dat is vandaag bij ons op kantoor ook wel te merken: er zijn welgeteld acht personen aanwezig, terwijl het normaal dichter bij de 30 ligt. Wel lekker rustig, overigens.

Anna’s ouders hadden ons uitgenodigd om dit weekend met hen mee naar Aspen te gaan. Zij hebben vrienden die een apartement in Aspen hebben, en ze hadden tegen Anna’s ouders gezegd dat als ze wilden het dit weekend mochten gebruiken.

Aangezien ik nog nooit in Aspen ben geweest en Anna al lang nergens meer naar toe is geweest hadden we daar wel oren naar. We zouden zaterdagmiddag dan erheen rijden, en maandagmiddag weer terugkomen. Murphy zouden we dan vooraf bij zijn logeeradres afzetten.

Vandeweek kwamen er echter twee kleine kinkjes in de kabel: Anna moest nu plotseling zaterdagavond ook werken (tot een uur of tien), plus Anna’s broer en zijn vrouw zouden nu ook naar Aspen komen.

Nu blijkt het apartement maar twee slaapkamers te hebben, plus een (oude) bedbank die niet erg comfortabel schijnt te zijn. Aangezien mijn schoonzusje zwanger is, en zij ons neefje van drie ook bij zich hebben is het niet meer dan logisch eigenlijk dat zij dan de tweede slaapkamer zullen krijgen. Helaas blijft dan voor ons alleen de bedbank over; voor mij op zich niet zo’n probleem, maar met haar fibromyalgie krijgt Anna bij ergens verkeerd liggen of op een slechte matras al heel snel last van haar rug, iets wat wel een week kan duren voordat het weer over is.

En toen werd het ineens toch een stukje minder aantrekkelijk allemaal.

We zouden zondagochtend dan al heel vroeg weg moeten rijden. Met de hond afzetten en drukte op de weg – en mogelijk slecht weer in het weekend – moeten we dan rekenen op een rit van zo’n vier à vijf uur. Zo rond lunchtijd zullen we dan in Aspen aankomen.

Als het weer tegenzit – en het zou slecht weer worden in Aspen, met flinke kans op regen- en onweersbuien – dan betekent dit dus binnen blijven, zonder kans om even het dorp in te gaan en wat winkeltjes te gaan bekijken.

De bedoeling was om dan ’s avonds met z’n allen in het apartement te eten. Dat geeft al problemen, want Anna’s broer en zijn vrouw willen heel vroeg eten, want ons neefje moet vroeg naar bed – afwijken daarvan is absoluut niet mogelijk, wat er ook gebeurt. We hebben ons al zo vaak daaraan geërgerd, aan hun starre houding: alles moet draaien om hun kind, en anderen hebben zich daar maar aan aan te passen. Echt waar: je zou soms denken dat zij de enigen zijn die een kind moeten opvoeden.

Ik weiger echter om om half zes al te gaan eten, dat is me echt nog veel en veel te vroeg, dus ik zie daar alweer een brok frustratie uitkomen. Na het eten gaat iedereen dan al vroeg naar bed – de meeste tijd liggen Anna’s ouders en Anna’s broer en zijn vrouw al rond negen uur in bed. Ook niet erg gezellig dus.

Wij komen dan vervolgens in de woon-/eetkamer – in de etenslucht – te slapen, op het ongemakkelijke uitvouwbed, om vervolgens rond vijf uur ’s ochtends alweer wakker te worden gemaakt, want dan is Anna’s moeder meestal op, en zal ons driejarige neefje ook wel wakker zijn, in een vreemde omgeving met iedereen in huis – en wij dus ook, want we liggen in de woonkamer. Kortom, weinig gezellig, en weinig nachtrust.

Aangezien het weer op maandag niet veel beter belooft te worden dan op zondag, en het ook nog eens Memorial Day is, is de kans dat er op die maandag in het dorp weinig te beleven valt ook weer groot. Daarbij moeten we alweer even na het middaguur uit Aspen vertrekken om op tijd de hond op te halen, en het zal ook nog eens bijzonder druk zijn op de weg omdat iedereen weer aan het eind van het weekend richting Denver gaat om op dinsdag weer te werken.

Al met al blijft er zo voor ons weinig te genieten over van het weekendje, en is het ons het niet waard om tien uur in de auto te moeten zitten om vervolgens niet echt veel te kunnen doen, en ons alleen maar aan Anna’s broer en zijn vrouw te zitten ergeren. Ik wil graag eens een keer naar Aspen, maar niet op deze manier…

In plaats daarvan gaan we gewoon andere leuke dingen doen. We gaan op zondag naar de bioscoop (de nieuwe Pirates of the Caribbean), en op maandag gaan we naar Mile High Marketplace:

Van de website:

Mile High Marketplace is the Rocky Mountain region’s largest year-round, open-air shopping and entertainment destination for the whole family. Located on 80 adventurous acres and just 10 minutes from downtown Denver, the Marketplace features an enormous flea market, a four-season farmers market, shops with new and used merchandise, delicious food, classic kids rides, events and plenty of family fun. It’s the one place where everyone gets what they want.

We zijn nu al twee jaar erover bezig om er eens heen te gaan, en nu we alternatieve plannen moesten bedenken voor dit weekend – en het maandag lekker weer wordt – hebben we besloten deze Memorial Day (het is dan ook open) het gewoon maar eens te doen.

Het klinkt in ieder geval wel leuk, dus we zullen maandag zien of het dat ook is! Ik laat het wel weten…

Nieuw huis: deel zoveel

Wat is het toch fijn om weer te kunnen ademen!

Gelukkig lijkt het erop dat de medicijnen allemaal aanslaan: ik kan weer ademen zonder elke paar uur naar mijn inhalator te moeten grijpen, ik heb geen last meer van de verstopte neus die ik voortdurend had (zou ik toch een of andere neusholteontsteking hebben gehad?), en ik kan eindelijk weer eens de hele nacht door slapen zonder kortademig wakker te worden en dan mijn bed uitmoeten voor mijn inhalator.

Gisteren voelde ik me veel beter dan ik me in letterlijk maanden heb gevoeld.

We hadden ook nog wat positief nieuws gekregen aangaande het huis.

Een tijdje terug kregen we het papierwerk toegestuurd waarin al onze selecties stonden die we in het sales center hadden gemaakt (zoals de upgrade voor de deuren, de studeerkamer in plaats van een open zitkamer, deurklinken in plaats van deurknoppen, etc.), maar wat bleek: de “undermount sink” en de kraan die wij hadden uitgekozen stonden er niet op. We lieten dit aan Sue weten, en ze zou het gaan corrigeren. Ach ja, klein foutje, kan gebeuren.

De keer erna kregen we een telefoontje dat de gecorrigeerde versie van het papierwerk klaar was, en of we even langs konden komen om te tekenen. We besloten dus om in het weekend er heen te rijden. Eenmaal daar aangekomen vertelde Sue dat deze versie van de papieren ook de selecties van het design center (houten vloer, vloerbedekking, badkamertegels, granieten aanrechtblad, etc.) bevatte. Ik las alles goed door, en zag wat vreemds bij de design center selecties: alles was ineens goedkoper geworden (wat op zich prima maar erg vreemd zou zijn), en er stonden ineens ook “window treatments” op, iets wat wij niet hadden uitgekozen. Vermoedelijk bleken de selecties van iemand anders op onze papieren terecht te zijn gekomen.

Sue verontschuldigde zich, en zou het de komende week in orde gaan maken.

Anderhalve week verstreek zonder dat we iets hoorden. Plotseling was daar weer een email van Meritage: de papieren waren klaar, of we weer even langs wilden komen om te tekenen. En zo gingen wij op een doordeweekse dag vroeg weg vanaf het werk om snel alles te gaan tekenen. Maar wat bleek: de papieren waren identiek aan die van anderhalve week ervoor: dezelfde design center selecties stonden erop – weer niet onze selecties dus.

Wederom kregen we de ene verontschuldiging na de andere, en op dat moment begon ik me er eigenlijk al aan te ergeren. Hoe moeilijk kan het zijn voor iemand die dit elke dag doet, en iemand die ook nog eens niet tientallen huizen per dag hoeft te behandelen? Maar goed, ik besloot me in te houden: fouten kunnen worden gemaakt, en zolang er geen consequenties aan kleven komt het allemaal nog wel goed. Bovendien: we hebben deze mensen de komende maanden nog nodig, dus we zullen ze te vriend moeten houden.

Ongeveer anderhalve week geleden kregen we een telefoontje van Sue: alles was hersteld, en de correcte papieren lagen klaar. We spraken af dat Anna ze na haar werk zou gaan ophalen zodat we een en ander thuis rustig konden doornemen, waarna we alles zouden ondertekenen. Anna zou ze dan haar volgende werkdag weer gaan afleveren.

Wat bleek: dit keer stonden onze design center opties er wel op vermeld, maar stond de “undermount sink” en de kraan er weer niet op… en dit keer was bij mij de maat vol. Ik was echt kwaad dat dit nu al de vierde keer was dat ze het voor elkaar kregen om de hele papierwinkel niet correct te krijgen. We hadden nota bene elke keer aangegeven wat er niet goed was of wat er ontbrak, en dan nog lukte het niet om alles compleet te krijgen? Nadat we al diverse keren voor niets helemaal naar Thornton waren gereden, dingen hebben moeten regelen om eerder van het werk weg te gaan of om diverse keren vrije tijd in het weekend op hebben moeten geven om papieren te gaan tekenen?

Dit keer wilde ik het niet naast me neer leggen. Wetend dat Sue vrij was stelde ik op (hele) hoge poten een mail op naar Tim, de tweede sales associate bij North Creek Farms, waarin ik alles op een rijtje zette en aangaf nu toch wel erg teleurgesteld te zijn in Meritage, daar waar alles tot nu toe zo netjes en vlotjes verliep.

Ik haalde het hele debakel met de papieren aan, dat we zoveel tijd voor niets verloren waren, dat het meerdere malen fout was gegaan, en dat Meritage blijkbaar niet wilde dat we voor de “undermount sink” en kraan betaalden want ze verdwenen telkens weer van de lijst.

Verder gaf ik aan nog steeds geen kopie te hebben ontvangen van alle papieren die we begin april hadden ondertekend, terwijl dit wel was toegezegd, en dat ik die graag zou ontvangen.

Tot slot haalde ik nog eens iets aan waar ik al eerder over geklaagd had maar waar geen reactie op was gekomen. In het begin was ons verteld dat het “deposit” bedrag $5000 zou zijn voor de sales center selecties en het in gang zetten van het hele bouwproces. Mogelijk zou er nog een aanvullend “deposit” vereist zijn als de waarde van onze design center opties boven 10% van de basiswaarde van het huis uit zou gaan; als we daaronder zouden blijven zou een extra “deposit” niet nodig zijn. Sue vertelde ons dat het idee wel speelde binnen Meritage dat men in de toekomst de sales center opties en upgrades (toch ook goed voor bijna $20,000) mogelijk ook zou mee laten tellen bij de berekening van eventuele extra “deposits” maar dat dit nu nog niet aan de orde was.

Groot was dan ook mijn verbazing en verontwaardiging dat bij de meest recente papieren ook een “deposit” berekening zat waarbij ineens de sales center opties wél waren meegeteld, en wij derhalve ineens een additionele “deposit” van meer dan $2700 zouden moeten neertellen.

Nu maakt het eigenlijk niet zo heel veel uit: je moet die $2700 toch betalen, hetzij nu als een “deposit”, of straks bij het eindbedrag. Het ging mij echter om het feit dat dit zo uit het niets, zonder vooraankondiging ineens in onze schoot werd geworpen, waardoor we $2700 waar we niet op hadden gerekend ineens tevoorschijn moesten toveren.

Ik zette daarom in mijn email dat ik het vanuit een klantenservice oogpunt bijzonder klantonvriendelijk vond dat men nieuw beleid besloot toe te passen bij klanten die al halverwege het hele proces waren, in plaats van ervoor te kiezen hiermee te starten bij nieuwe klanten.

Al met al was het een vrij pissige email, en Anna vond dat ik te veel “legalese” erin had verwerkt, en dat mijn toon te venijnig en scherp was. Nadat ik een beetje was gekalmeerd zag ik wel wat zij bedoelde, en heb ik de scherpste kantjes er wat vanaf gevijld.

Zoals ik al eerder zei: we hebben deze mensen nog hard nodig, de komende maanden, dus je hebt alleen jezelf ermee als je ze tegen je in het harnas jaagt. Ondanks dat wilde ik toch per se duidelijk maken dat ik hier niet van gediend ben, en uitermate teleurgesteld was, ondanks dat de service tot nu toe super was, en ze al zo veel voor ons hadden gedaan.

Na flink vijlen van mijn kant vond Anna de mail goed genoeg om weg te sturen.

De volgende ochtend kreeg ik antwoord van Tim: hij had de mail doorgestuurd naar Sue en naar zijn manager, en we zouden zo snel mogelijk een antwoord krijgen.

Dat antwoord kwam in een email van Sue: alles wat was gebeurd was volledig haar schuld – zij had keer op keer de fouten gemaakt, en verontschuldigde zich de hele tijd. Ook kreeg ik een voicemail van haar waarin nog meer excuses kwamen, en of Anna en ik tijd hadden om in het weekend (afgelopen weekend) langs te komen voor de ondertekening. Ze had alles gecorrigeerd en was er nu zeker van dat alles klopte.

Ik had eigenlijk er helemaal geen zin in, maar goed. Anna is op zaterdag langs gegaan na het werk en heeft alles opgehaald. Bij de papieren (waarbij ook de kopietjes van alle reeds getekende papieren zaten) zat ook een envelop van Sue. In die envelop zat een “Bedankt” kaart, waarin ze zich nogmaals verontschuldigde voor haar slordigheid en dat ze er alles aan zou doen om alles in goede banen te leiden voor ons. Bij de kaart zat een tegoedbon van $10 voor de 7/Eleven (een tankstationketen) ter vergoeding van de voor niets verreden benzine, en een cadeaubon ter waarde van $50 voor La Fogata, een Mexicaans restaurant vlakbij ons toekomstige huis. Toch wel een erg leuke geste, en het maakte bij ons allebei veel goed.

We besloten om afgelopen zondagmiddag even langs te rijden om de papieren te tekenen, en Sue te bedanken. Bovendien had ik nog een vraagje over enkele bedragen die ik niet kon verklaren, en hoopte dat Sue een en ander uit kon leggen.

En wat bleek: Sue had goed nieuws. We bleken tot nu toe telkens van het verkeerde bedrag te zijn uitgegaan voor de hoogte van de hypotheek: dit bleek bijna $7500 lager te zijn doordat Meritage de “closing costs” betaalt – mooi meegenomen, dus, want nu is het te lenen bedrag een beetje lager.

Ook vertelde Sue ons dat de hypotheekrente weer was gedaald: van 4,75% naar 4,6%. Mooi! Als dat nu nog even zo kan blijven totdat men met de bouw begint eind juni dan zijn we helemaal tevreden.

En tot slot bleek mijn boodschap met betrekking tot de extra “deposit” van $2700 ook duidelijk te zijn aangekomen. Ze had het aangekaart bij haar manager en men had besloten dat ik gelijk had, dat het niet netjes was, en dat ik derhalve nu dan ook geen extra “deposit” hoefde te betalen.

Al met al toch wel netjes opgelost allemaal.

Gisteren kreeg ik nog een mailtje van Sue dat de bouwvergunning nu was aangevraagd (een formaliteit) en dat het tot nu toe er nog steeds op lijkt dat er eind juni met de bouw kan worden begonnen.

Helaas ligt de weg er nog steeds niet; deze zou eind mei al klaar moeten zijn, maar door de enorme hoeveelheid aanhoudende regen van de laatste weken kon er – lettelijk – niet aan de weg worden getimmerd. De verwachting is echter dat de weg toch binnen afzienbare tijd klaar zal zijn, zodat dit geen bouwvertraging hoeft op te leveren.

Laten we het hopen, want anders komt onze opleverdatum van 28 oktober 2011 in het gedrang… dus: iedereen massaal hopen op goed, droog weer!

Bronchitis

Nadat we vanwege het slechte weer met 10 minuten vertraging uit Omaha, Nebraska zijn vertrokken vrijdagmiddag zijn we uiteindelijk met bijna drie kwartier vertraging in Denver geland. Vanwege flinke “electrical storms” hebben we een omtrekkende beweging moeten maken rondom Denver en in plaats vanuit het oosten vanuit het zuiden moeten aanvliegen. Ondanks de enorme turbulentie op geringe hoogte was het een van de meest zachte landingen die ik ooit heb meegemaakt.

Eenmaal thuis waren zowel Anna als Murphy blij dat ik weer thuis was, al uitte Murphy dat iets enthousiaster dan Anna: zij sprong niet de hele tijd tegen me op… We hadden allebei geen zin om te koken, en ik had zin in bier, dus zijn we naar The Elm gelopen om wat te eten en drinken. Ik was – zeker na twee zware bieren – dood- en doodmoe, en uiteindelijk lagen we rond half tien in bed, en ik ben erg snel in slaap gevallen.

Ik had me verheugd op uitslapen na een lange week met korte nachten in een vreemd bed, maar het is er uiteindelijk niet van gekomen. Ik heb sowieso slecht geslapen. Ik had al een aantal weken last van mijn longen: ik was snel kortademig, en had weer mijn medicijnen nodig – iets wat ik al langer niet meer had gehad. Het was ook heel onvoorspelbaar: soms kon ik een aantal dagen zonder, dan weer moest ik twee keer per dag de inhalator tevoorschijn halen. Ik schreef het toe aan de erge hooikoorts die ik had, waardoor ik vanwege mijn voordurend verstopte neus via mijn mond moest ademen, waardoor de lucht natuurlijk veel minder gefilterd de longen in gaat dan via je neus.

Het was irritant, om steeds weer kortademig te zijn. Twee jaar lang heb ik nergens last van gehad (van eind oktober 2008 tot november 2010) en heb ik geen enkele astma-medicijnen meer hoeven te nemen – zelfs niet toen we naar 11.700 voet hoogte zijn gelopen. En ineens kwam daar in november 2010 die “upper respiratory infection”, en daarna zijn mijn longen nooit helemaal beter geworden.

In januari is die “URI” weer teruggekomen, al ben ik daarvoor pas in maart naar de dokter geweest. De medicijnen hielpen toen goed, en ik was er bijna vanaf toen ik een aantal weken geleden weer een beetje kortademig begon te worden.

Zoals gezegd dacht ik dat het allergieën waren, en besteedde er weinig aandacht aan. Maar het werd telkens een beetje erger, en de periodes tussen de medicatie werden steeds korter.

In Omaha was het volop allergieseizoen, en het was zelfs op het nieuws dat door de aanhoudende regens er veel meer pollen en stuifmeel de lucht in ging dan normaal, en dat het een van de ergste allergieseizoenen ooit was. En dat merkte ik ook. Gedurende de week werd ik steeds kortademiger, en tot overmaat van ramp begon ik donderdavond/vrijdagochtend ook nog erbij te hoesten.

Mijn longen voelden branderig aan, het hoesten deed pijn, en ik was zo kortademig als maar zijn kon.

Zaterdag was ik mijn koffer aan het uitruimen, en bracht de was naar beneden; eenmaal weer boven gekomen was kreeg ik totaal geen lucht meer – en het zijn maar 10 treden. Als ik rustig aan deed dan ging het, maar ik was me bewust van elke ademhaling – en dat is heel erg irritant. Ik hoestte ook steeds meer. Die nacht werd ik rond half twee wakker en kon niet meer ademen – en heb vervolgens een hele tijd wakker gelegen nadat ik mijn medicijnen had genomen.

Gisteren, zondag, was het nog erger. We zijn met Anna’s ouders gaan lunchen, en Anna’s moeder (die een medische achtergrond heeft) maakte me een beetje bang door te zeggen dat mijn symptomen sterk op “walking pneumonia” leken, een minder ernstige variant van longontsteking. Met dat door mijn hoofd spokend en een erger wordende hoest heb ik uiteindelijk om half zeven ’s avonds besloten om naar de “urgent care” te gaan: als het iets ernstigers zou zijn dan kon ik maar beter zo snel mogelijk met antibiotica of zoiets beginnen.

Uiteindelijk bleek het bronchitis te zijn. Ik kreeg ter plekke een behandeling met een vernevelaar met medicatie erin om de longen te openen, en ik kreeg allerlei medicijnen voorgeschreven. Ventolin om de kortademigheid tegen te gaan, ik kreeg Prednisone voorgeschreven voor de eerste vijf dagen om de longen aan te sterken, en ik kreeg een vijfdaagse antibioticakuur, die gelijk staat aan en net zo effectief is als een normale antibioticakuur van 30 dagen. Daarnaast moet ik elke dag een allergiemedicijn nemen (wat je hier zo “over the counter” kunt krijgen), veel water drinken, plus elke 6 à 8 uur Advil of Tylenol om eventuele hoofdpijn en pijn aan de longen te voorkomen. Daarnaast zou ik ook een hoestmedicijn moeten nemen om het hoesten – en daarmee de pijn aan de longen – te voorkomen.

Tja, zo heb je weer eens wat, hè… in de periode sinds november 2010 ben ik hier nu al vaker naar de dokter geweest dan in de 15 jaar ervoor bij elkaar. Hopelijk zal ik nu in ieder geval genoeg herstellen dat ik geen longproblemen meer blijf houden…

Gezien de besmettelijke aard en mijn hoestbuien, en het feit dat mijn manager een paar weken oude baby heeft denk ik dat ik vandaag maar thuis blijf werken, totdat de antibiotica is aangeslagen en ik niet meer (zo) besmettelijk ben. Zometeen maar even naar kantoor bellen, en dan even langs de apotheek om de medicijnen op te pikken.

En dan hopen datt het allemaal snel voorbij is!

Omaha – deel 2 & slot

Bijna is het zover: tijd om bij de klant weg te gaan.

Als ik terugkijk op de afgelopen paar dagen dan is het allemaal heel voorspoedig verlopen. Iedereen pikte alles vrij snel op, we hebben geen gekke dingen geconstateerd, en de paar puntjes die extra aandacht vereisten waren snel verholpen.

De gebruikers zelf zijn allemaal heel positief over hun nieuwe software, en ze geven allemaal aan behoorlijk vertrouwen in hun eigen kunnen te hebben om comfortabel ermee te werken.

Gisteravond heb ik nog een gesprek gehad met de CFO van het bedrijf – mijn contact bij de klant – en hij had een paar keer al aan gebruikers gevraagd deze week hoe het ervoor stond, en hoe de training verliep. Het was voor mij leuk om te horen dat iedereen de training heel goed vond, en dat ze vonden er iets aan te hebben gehad. Extra leuk natuurlijk omdat juist deze klant de vorige keren zo negatief was over onze training.

Woensdagavond ben ik inderdaad gaan eten bij Spezia’s, het restaurant wat door diverse mensen bij de klant werd aangeraden, en ik moet zeggen dat ik zeker niet teleurgesteld was. Het was een wat sjieker restaurant (wat slechts een 400 meter van mijn hotel bleek te liggen), en dat zag je zeker terug in de kwaliteit van de gerechten. Ik heb uiteindelijk gekozen voor een “Florida Sesame Fried Grouper, with chili marmelade, Spezia mashed potatoes and roasted vegetables”: bijzonder lekker!

Die avond lag ik al vroeg in bed: even na negenen, hoewel ik pas tegen middernacht in slaap viel. Gisteren was het dan ook moeilijk opstaan, en ik had weer een lange dag voor de boeg. Even na achten was ik bij de klant, en ging daar pas rond half zes weg. Maar goed, het was wel een productieve dag waarbij er nauwelijks problemen waren opgedoken, iets wat normaliter nog wel eens kan gebeuren op de tweede dag werken in het nieuwe systeem.

Eenmaal aangekomen in het hotel was ik behoorlijk moe, en had eigenlijk geen zin om 20 minuten te gaan rijden naar downtown Omaha om daar dan nog eens op zoek te gaan naar een parkeerplek én een restaurant. In plaats daarvan besloot ik gisteravond te gaan eten bij het restaurant bij het hotel: Firewater Grille. Ik had immers nog die tegoedbon voor een gratis drankje, dus waarom niet? Ik had al eens op het menu gekeken dat op het bureau in de hotelkamer lag, en het zag er allemaal lekker uit en was redelijk geprijsd: perfect voor de onkostenvergoeding dus.

Na op de kamer tot een uur of zeven nog wat te hebben gewerkt heb ik eerst de laatste aflevering van het seizoen van The Big Bang Theory gekeken, waarna ik zo tegen achten naar beneden ben gegaan. Om acht uur zou er live muziek beginnen in het restaurant, dus met een beetje geluk was dat ook nog om aan te horen. Ik had de iPad meegenomen zodat ik nog wat op internet rond kon kijken terwijl ik op het eten zat te wachten, en ook erna nog even – met een biertje erbij – als de muziek goed bleek te zijn.

En de muziek was zeker niet slecht. Ik bestelde een bier van Lucky Bucket, een brouwerij niet al te ver van Omaha. Op het menu stond een heel apart gerecht: Polynesian Chicken. Het was gegrilde kipfilet, met gegrilde ananas, gegrilde uien, en met een pindasaus eroverheen. Ik dacht meteen: zou het op satésaus lijken? En vandaar dat ik dit dan ook maar heb besteld – en het leek inderdaad heel erg op satésaus, en het was best lekker. Na het eten heb ik nog een tweede biertje besteld, heb nog wat zitten internetten en naar de muziek zitten luisteren, en heb even na negenen de rekening gevraagd. En wat bleek? Mijn tweede bier waren ze vergeten op de rekening te zetten, zo zei de serveerster, maar aangezien het hun fout was had ik geluk: met mijn tegoedbon voor mijn gratis bier hoefde ik nu dan alleen de Polynesian Chicken te betalen. Erg netjes, natuurlijk, maar het was leuker geweest als het bij iets was geweest wat ik zelf had moeten betalen in plaats van op mijn onkostenvergoeding. Ach, een gegeven paard enz. …

Na mijn koffer te hebben ingepakt ben ik heerlijk in slaap gevallen, maar ik ben gedurende de nacht wel een paar keer wakker geworden door een flink onweer. Vanmorgen was het nog een beetje regenachtig, en voor vanavond wordt weer meer onweer verwacht dus hopelijk leidt dat niet tot vertragingen.

De uurtjes op deze vrijdagochtend bij de klant waren voornamelijk een kwestie van herhalen en ervoor zorgen dat iedereen weet wat hij/zij moet doen in de nieuwe applicatie, en tijd voor het beantwoorden van allerlei vragen, en de laatste twee uur heb ik min of meer niet veel meer te doen gehad: iedereen is goed aan het werk, er zijn geen vragen meer, dus mijn werk lijkt erop te zitten.

En ik ga met een gerust hart hier weg: het is een succesvolle week geweest!

Omaha

Hier zit ik dan in Omaha, Nebraska, met meer dan 400,000 inwoners de grootste stad van de staat. Omaha is onder meer bekend van Mutual of Omaha (een verzekeringsmaatschappij), Union Pacific Corporation (spoorwegbedrijf), Peter Kiewit and Sons (een van de grootste bouwaannemers ter wereld, ooit opgericht door Peter Kiewit, een metselaar met Nederlands bloed), en Berkshire Hathaway (een grote holding company, grotendeels in eigendom van Warren Buffet die ook CEO en Chairman is).

Ik ben hier een paar dagen voor mijn werk, voor het implementeren van een van onze producten bij een van onze klanten, een transportbedrijf met zo’n 350 chauffeurs.

Het is een drukke week, deze week, niet alleen voor mij maar ook voor mijn twee collega’s, Nate en Hugh.

Ook zij zijn op pad deze week, allebei bij dezelfde klant, een van de grotere transportbedrijvn van het land met meer dan 4600 chauffeurs, met het hoofdkantoor in Salt Lake City, Utah. Hugh is er de hele week, maandag tot en met vrijdag, Nate is gisteren erheen gegaan en is er tot en met morgen (donderdag). Ik blijf tot en met vrijdag in Omaha. Mijn vlucht terug is ’s middags om een paar minuten na vijven, wat vanwege het tijdsverschil betekent dat ik voor zessen weer in Denver land.

Ik was wel benieuwd naar hoe het zou gaan deze week. Hoewel het implementeren van het product niet lastig is, en ik dit al vaker heb gedaan, hebben de gebruikers bij deze klant intern geen al te goede reputatie. Om iemand te citeren: “They’re just stupid.”

Ongeveer twee weken geleden kreeg ik de vraag van de klant of ik referenties kon geven van klanten met wie ik persoonlijk had samengewerkt en had getraind. Benieuwd waar de vraag vandaan kwam vroeg ik het aan de klant omdat het geen gebruikelijk verzoek is. Het antwoord was verrassend: ze hadden al twee keer slechte ervaringen gehad met trainingen door onze mensen en ze wilden nu graag weten hoe ervaren de persoon deze keer was. De vorige keren waren ze totaal niet onder de indruk geweest en geloofden ze dat ze zelfs tijd en geld hadden verloren door de ondermaatse training.

Dat was wel verrassend om te horen want Nate, die hen getraind had, is degene in ons team die er het langste is, en echt veel weet en het ook goed kan overbrengen. Het lag volgens hem heel sterk aan de gebruikers zelf: ze luisterden niet of maar half, en gingen achteraf klagen dat bepaalde dingen niet of niet goed waren uitgelegd – hoewel dit wel was gedaan.

Ik heb zelf – samen met Hugh – ook al zo’n klant meegemaakt, en ik weet hoe frustrerend dat kan zijn. Mijn klant had heel strenge systeemveiligiheidseisen, en ook strenge documentatie-eisen: alles moest in een document worden uitgelegd of vastgelegd. En wat bleek: het merendeel van de gevraagde documentatie hadden we niet – omdat er nog nooit om was gevraagd – en dus heb ik die documenten maar samengesteld. Deze worden nu ook bij implementaties gebruikt.

Voor deze klant ben ik nu nog een stapje verder gegaan, vanwege de ervaringen uit het verleden. In tegenstelling tot wat we normaal doen heb ik nu diverse documenten uitgeprint – in kleur – die ik aan de gebruikers ga uitdelen. Ook hebben we een lijst gemaakt van alles wat zal worden behandeld in de training, en aan het eind van de week gaan we nog eens de hele lijst na om te kijken of alles bij iedereen duidelijk is zodat op dat moment vragen kunnen worden gesteld, en er niet meer achteraf kan worden gezegd dat iets niet is uitgelegd.

Het wordt mijn eerste on-site implementatie alleen; de laatste twee heb ik volledig online gedaan (inclusief gebruikerstraining), en die daarvoor was Hugh nog erbij als tweede trainer. Omdat deze gebruikers echter blijkbaar “just stupid” zijn hebben we besloten dat ik toch maar on-site ga trainen in plaats van online.

Ik had er zelf het volste vertrouwen in dat het goed zou gaan komen. Ik ken het product, ik kan mensen trainen en dingen uitleggen, ik heb mensen achter de hand die met problemen kunnen bijspringen vanuit Denver, en tot nu toe is iedereen bij de klant is heel positief en aardig geweest, dus ik dacht wel dat het goed zou komen. Zo ook Chad, onze Vice President: hij had me nog een voicemail achtergelaten laat maandagavond om me succes te wensen, en om me te laten weten dat iedereen het volste vertrouwen in me had bij deze lastige klant, en dat iedereen klaar stond om te helpen mocht het nodig zijn. Dat was wel leuk van hem.

Dag 1 verliep gisteren soepeltjes. Na rond half elf ’s ochtends in Omaha te zijn geland heb ik mijn huurauto opgehaald: een Chevrolet HHR. Ik had de keuze tussen een Toyota Corolla en de Chevy – en dus heb ik de Chevy genomen, het is tenminste weer eens wat anders.

Chevrolet HHR
Chevrolet HHR

De rest van de dag bij de klant heb ik samen met de IT-persoon van de klant alle PC’s in gereedheid gebracht. Verder heb ik nog een laatste training gegeven, en daarmee waren we helemaal klaar voor de switch van het oude naar het nieuwe systeem die gisteravond zou plaatsvinden.

Vanochtend werd het dan echt spannend: zou alles goed zijn gegaan? Zouden alle documenten in het nieuwe systeem eindigen, en hoeveel gekke dingen zou ik tegen gaan komen? Hoewel alles goed voorbereid was is het altijd nog maar afwachten wat je daadwerkelijk tegen gaat komen.

Na deze lange dag ging ik richting mijn hotel, wat op nog geen vijf minuten rijden van de klant lag. Terwijl ik stond te wachten hoorde ik de Night Supervisor aan de telefoon met een klant praten over een suite, en nadat ze had opgehangen zei ik voor de grap dat ik ook wel een suite zou willen. Ze lachte daarop wat en gaf me een tegoedbon voor een gratis drankje in de bar, met de woorden: “How about a free drink? Will that ease the pain?”

Tja, zeg nooit nee tegen gratis alcohol…

Ik kreeg mijn key card, en ging naar mijn kamer, nummer 411. Ik deed de deur open en de rookgeur walmde me tegemoet – ik ben dus meteen omgedraaid: dit was geen non-smoking room. Bij de receptie kreeg ik de ene na de andere verontschuldiging, en kreeg ik een nieuwe kamer toegewezen: 804. En zo ging naar kamer 804 – en wat denk je? Precies hetzelfde verhaal, alleen nu hadden ze geprobeerd de rook te verbloemen met een of andere after shave of luchtverfrisser – het stonk verschrikkelijk, dus ik ging weer terug naar de receptie. Dit keer volgden er nog méér verontschuldigingen, en kreeg ik om het goed te maken een gratis upgrade naar een Business Suite:

Business Suite
Business Suite

Het is een suite ter grootte van twee reguliere kamers, met een aparte slaapkamer en een apart zitgedeelte met bank, in beide kamers TV, in de zitkamer nog een kitchenette, een apart toilet met wastafel, en een badkamer met ligbad en toilet. Lekker groot – zelfs bijna te groot omdat je toch maar een gedeelte gebruikt, maar ach, je hoort me niet klagen…

Gisteravond ben ik gaan eten in de Upstream Brewing Company, in het Old Market deel van downtown Omaha. Het is een heel erg gezellig stukje stad, waar oude pakhuizen om zijn gebouwd tot apartementen en restaurants. Ik heb hier een lekkere Omaha ribeye steak gegeten – al was hij niet echt super met een lekkere Flagship IPA erbij.

Bij de klant aangekomen vanochtend was iedereen in een goede bui – een positief teken. Er was even lichte paniek toen tussen de 400 en 500 documenten niet goed werden gerouteerd, maar dat was redelijk snel verholpen. Daarna was het aan de gebruikers om in het nieuwe systeem te gaan werken, en zou blijken hoe goed ze hadden opgelet tijdens de training – en hoe goed mijn training was bij deze “stupid” gebruikers.

Gelukkig verliep alles heel erg soepel: de meeste gebruikers gingen zonder problemen aan het werk, en wisten precies waar ze alles moesten vinden en hoe ze alles moesten doen – daar was ik wel blij om. ’s Middags werd het nog even spannend toen een volgend nieuw onderdeel moest worden getest, maar ook dat ging allemaal prima. Aan het eind van de dag heb ik bij de diverse gebruikers nagevraagd hoe ze dachten over het gebruik van het nieuwe product en de meesten waren gelukkig erg positief en voorzagen geen enkel probleem in het gebruik. Whew!

Aan het eind van de werkdag kreeg ik nog wat tips voor restaurants waar ik naar toe moest. Eén van de tips die ik gisteren had gekregen was een restaurant met de naam Gorat’s; dit schijnt Warren Buffet’s favoriete restaurant te zijn, waardoor je zou denken dat het dan wel goed moet zijn, maar toen ik de reviews las veranderde ik toch van mening, en ben ik daar maar niet heen gegaan:

I believe this is my first one-star review… and I’m honestly trying to remain objective here but the bottled beer I had was probably the best part of my meal.

took an out-of-towner here who had heard that this is where Warren Buffet dined. I wasn’t sure how he’d like it, but you should have seen the look on his face as we entered — it was like a scene from a movie: white-haired couples on the edge of death dancing to an equally fragile lounge singer that may or may not have had an actual gig there, walpaper made to look like drapery, and the supper club standard of spagetti served with your steak.

en mijn favoriet:

After eating here, you will reach at least one (and possibly all) of the following conclusions:

-Despite his obvious financial success, Warren has incredibly poor taste in food.
- Warren must receive some special service where Gorat’s orders food from another restaurant and serves it as their own when he dines here.
-He’s screwing the owner.

Otherwise, it’s hard to determine exactly how this could be anyone’s favorite place to eat.

Vanavond ga ik wél een restaurant proberen wat men me bij de klant aanraadde: Spezia’s. Het menu ziet er goed uit, en het past binnen mijn onkostenvergoeding, dus dan gaan we daar maar eens kijken.

En nu: mangiare!

Regen en onrecht

Twee totaal niet gerelateerde onderwerpen, maar goed: regen en onrecht.

Eerst maar de regen.

Colorado heeft zo’n 300 tot 320 dagen zonneschijn per jaar; de overige 45 à 65 dagen zijn regenachtig, bewolkt, of er valt sneeuw – of een combinatie ervan. Normaal gesproken is april de natste maand van het jaar hier, en deels is dat wel uitgekomen hoewel er meer regen is gevallen in mei, tot nu toe.

Tijdens het bezoek van mijn ouders, en dan met name de eerste anderhalve week was het voornamelijk bewolkt. De eerste dag dat ze hier waren heeft het zelfs nog gesneeuwd. Ook heeft het nog een dag geregend, iets wat mijn ouders geloof ik nog niet – of in ieder geval nog niet vaak – hadden meegemaakt hier.

Na anderhalve week bewolking werd het ineens goed weer: vorig weekend werd er zelfs nog een record geëvenaard, met 26°C, op zaterdag en zondag. Het contrast met woensdag was echter groot: slechts 5°C met regen en natte sneeuw. Toen ik op mijn werk aankwam was het zelfs nog wit; er stonden auto’s met een centimeter of twee sneeuw erop. In Nederland, CO is er die ochtend zelfs een centimeter of zeven à acht gevallen! Later op de dag, toen de bewolking ietsje optrok, zag het er zo uit vanuit het raam van ons kantoor:

Uitzicht
Groen gras, witte heuvels

Dinsdagavond, toen mijn ouders vertrokken, is het slechte weer begonnen. De vlucht van mijn ouders is ook met vertraging vertrokken vanwege de storm – en die storm is tot donderdagavond laat gebleven. Het heeft echt zonder onderbreking geregend van dinsdagavond laat tot donderdagavond laat.

Wegen kwamen onder water te staan, modderstromen kwamen voor op verschillende plaatsen, en vliegtuigen vertrokken met flinke vertraging. Het was echt ongelofelijk hoeveel regen er is gevallen in die periode. Het was wel welkom, hoor, want het is de afgelopen maanden bijzonder droog geweest; vorige week en de week ervoor waren er nog verschillende branden in Colorado door de droogte. Normaal valt er in maart behoorlijk veel sneeuw, maar dit jaar is er nauwelijks wat gevallen. De regen was daarom zo slecht nog niet. En het was ook goed nieuws voor ons gras, wat ondanks al regelmatig sproeien er toch een beetje droogjes uit zag.

En met die enorme hoeveelheid regen van de afgelopen week was het nog niet voorbij. Ook vandaag heeft het een groot deel van de dag geregend, met nog meer regen in de planning voor vannacht en morgenochtend.

Ach ja – er zijn ergere dingen in de wereld.

Zoals het verhaal dat ik vanavond hoorde. Een kennis van een kennis heeft een vriendin bij wie kanker is vastgesteld. Zij is een alleenstaande moeder van drie kinderen, die samen met hun vier honden in een leuk huisje wonen.

Maar dat is nu allemaal voorbij. Omdat de behandeling van haar kanker zo duur is, kan ze de huur van haar huis niet meer betalen. Ze had al medische rekeningen die ze moest betalen omdat een van haar kinderen laatst een operatie had moeten ondergaan. Nu bij haar zelf kanker is vastgesteld kan ze zich eigenlijk bijna niks meer permitteren.

Haar honden moet ze nu weggeven; gelukkig gaan deze allemaal naar vrienden en familie. Ook haar kinderen gaan zolang bij familie wonen, omdat ze zelfs niet genoeg kan betalen voor hun levensonderhoud.

En zij zelf? Wel, ze heeft haar auto nog, en daar gaat ze nu voorlopig in wonen, totdat ze alles weer een beetje op de rit kan krijgen – en ze een manier heeft gevonden om van de enorme schuld van de ziekenhuisrekeningen af te komen. Pas dan zal ze weer genoeg voor haar kinderen en haar honden kunnen zorgen om ze weer bij haar zelf te kunnen laten wonen. Er woont geen directe familie bij hen in de buurt, en ze kan haar baan niet opzeggen om ergens anders te gaan wonen, en zo bij familie in te kunnen trekken – vooropgesteld dat er familie is die haar óók nog erbij kan opvangen, naast haar kinderen.

Nu is dit natuurlijk een erg schrijnend voorval, en een behoorlijk extreem voorbeeld, maar ik werd er toch zó kwaad door, toen ik dit hoorde. Het is toch eigenlijk te belachelijk voor woorden dat in een ontwikkeld, redelijk rijk westers land als de Verenigde Staten van Amerika dit soort voorvallen überhaupt mogelijk zijn?

Dit zijn de verhalen die bij mensen die tegen “universal healthcare” of “social healthcare” zijn eens goed onder de neus moeten worden gewreven. Bij die groep rijke conservatieven die liever mensen laten creperen dan een paar dollar extra belasting betalen waarmee iedereen geholpen kan worden. Of bij die groep arme conservatieve rednecks die nog liever doodgaan dan meer bemoeienis van de overheid accepteren.

Dit soort mensen houdt alles tegen omdat ze slecht geïnformeerd zijn, of omdat ze ideeën hebben die te belachelijk en te ouderwets voor woorden zijn, en dit soort mensen moet met dit soort verhalen geconfronteerd worden – keer op keer, telkens weer opnieuw, zodat ze wellicht ooit in zullen zien dat deze mensen hier niet voor hebben gekozen, en het niet aan zichzelf hebben te wijten, zoals nu zo vaak wordt gezegd. “Je verzekeren is een keuze, net zoals niet verzekeren”, zo wordt er geroepen. Dat is makkelijk gezegd door degenen die financieel nergens over hebben te klagen, maar als jij moet kiezen tussen een dak boven je hoofd en voedsel op tafel of een verzekering, dan is dat geen echte keuze meer.

En het gevolg als deze onverzekerde mensen dan toch een beroep moeten doen op zorg? Deze mensen worden (soms) toch geholpen, en gelukkig zijn er ziekenhuizen in dit land die zelfs gratis of tegen lage kosten deze zorg leveren. Alleen zullen deze kosten toch ergens door gedekt moeten worden, en dus worden deze kosten dan vaak doorberekend in de kosten van de zorg voor de wél verzekerde patiënten. Dit drijft de kosten van de zorg op, daardoor worden de verzekeringen weer duurder, waardoor er weer méér mensen geen zorgverzekering kunnen bekostigen – en zo blijven we doorgaan.

Het wordt alleen maar duurder, en daarmee wordt het probleem alleen maar groter als er niets aan wordt gedaan. En dan krijgen we meer en meer gevallen zoals hierboven beschreven – en wordt dat steeds minder een uitzonderingsgeval.

Het is wel heel erg triest dat dit soort voorvallen vandaag de dag in een land als dit nog mogelijk zijn. De plannen van Obama zijn een stap in de goede richting, alleen is de vraag of er écht ooit iets zal verbeteren nu het Republikeinse congres al hard bezig is met pogingen om de gezette stappen weer terug te draaien. Een Republikeinse opvolger van Obama zal nog eens harder gaan werken aan het voorkomen van deze goede stappen – en zo is de kans groot dat er ondanks alles nog steeds niets zal veranderen – ook niet na 2014.

Triest, zoiets.

Ouderlijk bezoek

De afgelopen week is het stil geweest hier op mijn blog; niet omdat ik niks te schrijven had, maar omdat mijn ouders op bezoek zijn – en dan is het niet gezellig als ik mijn blog zit te typen. Daarnaast had ik het ook nog eens gigantisch druk op mijn werk.

Ze arriveerden op tijd op de 22e april. Of liever, ze arriveerden vroeger dan ik had gedacht. Op de een of andere manier had ik in mijn hoofd dat ze om 19:25 uur zouden landen in Denver, en dus zouden we rond die tijd richting vliegveld vertrekken.

Die vrijdagmiddag na het werk zijn we met z’n allen wat gaan drinken omdat Ian, mijn manager, en zijn vrouw de volgende maandag hun tweede kind zouden krijgen (met de keizersnee, dus de datum en tijd stonden al vast). Hierdoor was ik pas na 18:00 uur thuis.

Er waren nog een laatste paar dingetjes die opgeruimd en schoongemaakt moesten worden, zoals nog even stofzuigen, en de WC boven poetsen.

Ik was me net om aan het kleden, om wat oudere kleren aan te doen, vooral voor het WC poetsen – ik heb een keer een shirt verpest met chloorspetters bij het poetsen van de WC en dat wilde ik niet nog eens laten gebeuren – toen de telefoon ging. Het was op dat moment zo rond 18:45 uur, dus het was nog te vroeg voor mijn ouders, maar tot mijn verbazing waren zij het wel.

Ze waren al door Immigration, en gingen nu richting Customs. Daar stond ik dan in mijn oude kloffie, met een nog ongepoetst toilet en een vloer die nog gestofzuigd moest worden. Ik heb maar gedaan alsof ik ze al verwacht had, en zei dat we eraan kwamen.

De WC heb ik maar gelaten voor wat het was en later die avond nog gepoetst, en na snel nog even met de stofzuiger door het huis te hebben gerend zijn we in de auto gesprongen. Eenmaal aangekomen hebben we nog een kwartiertje op ze moeten wachten. Anna was al naar binnen gelopen om ze daar op te wachten, en ik bleef in de auto. Uiteindelijk kwamen ze aanlopen – maar zonder Anna; ze hadden elkaar duidelijk gemist. Ik belde Anna, en ze nam op met “Geez they are slow” – niet wetend dat ze al in de auto zaten. Uiteindelijk had ik de hele familie in de auto en zijn we naar huis gereden, waar Murphy door het dolle heen was om mijn ouders weer te zien. En vanaf dat moment bestonden wij eigenlijk nog maar half voor hem – het is echt net als met kleine kinderen: als opa en oma op bezoek komen dan tellen alleen opa en oma nog maar. Ach ja, we zijn er inmiddels wel aan gewend…

We hebben tot nu toe al verschillende leuke dingen gedaan, maar het hoogtepunt was toch wel om mijn ouders “ons” huis en de nieuwe buurt te laten zien. Die eerste zaterdag zijn we gelijk ’s ochtends vroeg naar Thornton gereden. We reden met een waterig zonnetje bij ons thuis weg, en na nog geen 10 minuten op de autoweg reden we plotseling door een sneeuwbui – een aparte gewaarwording, maar ja, zoals ze hier zeggen: “That’s Colorado for ya!”

Na eerst ergens lekker te hebben ontbeten zijn we naar de ‘model homes’ gaan kijken, en vervolgens naar de Keystone (ons type huis). Deze Keystone zou twee dagen later worden opgeleverd, en was dus nu al helemaal klaar zodat mijn ouders een heel goede indruk konden krijgen van hoe ons huis er uit zou komen te zien – en ze waren enorm onder de indruk. Ze hadden natuurlijk al de video gezien die ik een keer een paar weekenden geleden had gemaakt van het huis van binnen, maar in het echt is het nog veel mooier en groter dan het op de video lijkt. We waren best wel trots om het huis zo te kunnen laten zien, en bijzonder blij dat het goedgekeurd was. Ook de buurt vonden ze mooi, maar het was jammer dat het zo bewolkt was waardoor ze het uitzicht op de bergen niet konden zien – maar daarvoor zouden we nog wel eens terug komen.

We zijn ook nog even bij de nieuwe winkel van Anna gaan kijken, en natuurlijk nog even “proviand” inslaan bij ’s werelds grootste drankhandel – die straks heel handig niet al te ver van ons huis af ligt – Daveco Liquors.

De rest van de week hebben we lekker rustig aan gedaan: de ene dag lekker thuis eten, de andere dag gezellig uiteten. Waar ik altijd zoiets heb van “we moeten ergens naar toe, wat gaan doen!” zitten mijn ouders graag lekker thuis: heerlijk niets doen, want in huis rondhangen, buiten zitten als het lekker weer is, en met Murphy gaan wandelen – dat is hun idee van een heerlijke vakantie.

Maar goed, op de dagen dat wij vrij hebben ontkomen ze er niet aan, hoor, en trekken we erop uit. Op mijn verjaardag, donderdag 28 april was het werkelijk schitterend mooi weer toen we wakker werden. We hebben mijn ouders dan ook gelijk uit bed getrommeld, zodat we vroeg op pad konden gaan en konden profiteren van het mooie weer en het heldere uitzicht dat er zou zijn op de bergen.

Na eerst verjaardagscadeautjes thuis te hebben opengemaakt zijn we gaan ontbijten bij Einstein Bros. Bagels, en daarna doorgereden naar Thornton waar het uitzicht op de bergen inderdaad schitterend was. ’s Middags had ik een afspraak gemaakt bij het Design Center, zodat mijn ouders ook onze keuzes voor tegels, vloeren, keuken, enz. konden zien. ’s Avonds zijn we met mijn ouders en met Anna’s ouders heerlijk gaan uiteten bij Tables, mijn favoriete restaurant. Al met al was het een erg leuke dag.

Op zaterdag zijn we naar de film geweest, en voor de rest hebben we dat weekend heerlijk rustig thuis gezeten. Het weer was niet geweldig (koud en regen). De rest van de week heb ik geen vrij kunnen nemen omdat het te druk was op het werk. Op dinsdag zijn we bij The Elm, onze buurtbar, naar Geeks Who Drink geweest (kijk maar eens naar de fotootjes op de link), de wekelijkse pubquiz: altijd erg leuk, en ondanks dat we niet al te hoog zijn geëindigd hebben we toch nog een gratis bier gewonnen ook! De andere avonden hebben we heerlijk rustig thuis gegeten.

Afgelopen weekend was het in tegenstelling tot de rest van de week héérlijk weer: 25+ graden en zonnig. We zijn er dan ook op uit getrokken: op zaterdag zijn we, na wederom bagels bij Einstein Bros., naar de Park Meadows Mall in Lone Tree geweest: een hele mooie, grote mall waar je redelijk wat tijd kunt doorbrengen. Na de mall hebben we de benodigdheden voor een barbeque gekocht en hebben we ’s avonds voor de eerste keer dit jaar lekker lang buiten gezeten en gegeten. Op zondag – Moederdag – hebben we heerlijk rustig uitgebreid ontbeten buiten. Daarna zijn we in de auto gestapt, en zijn we – na nog even bij de winkel van Anna en Bed, Bath & Beyond te zijn gestopt – even mijn ouders kennis gaan laten maken met Sue, bij Meritage. Daarna zijn we naar Coal Creek gereden, naar de Meritage bouwlocatie waar ons huisavontuur in februari is begonnen. Van daaruit zijn we doorgereden naar Boulder, waar we bij de Walnut Brewery heerlijke nachos hebben gegeten en een lekker biertje hebben gedronken (hun IPA is héérlijk!). ’s Avonds hebben we wederom heerlijk gebarbequed en lekker buiten gezeten.

Op maandag hadden Anna en ik allebei vrij en hebben we met z’n allen eerst uitgeslapen. In plaats van een laat ontbijt zijn we vroeg gaan lunchen bij de beroemde Cherry Cricket in Cherry Creek: de lekkerste hamburgers in heel Denver! Aansluitend zijn we weer wat gaan winkelen in het Cherry Creek Shopping Center. We waren redelijk vroeg weer thuis om koffie te drinken. ’s Avonds – de laatste avond met mijn ouders – hebben we pizza laten komen: lekker en makkelijk bij de televisie; het weer was te slecht om buiten te zitten of te eten.

Op dinsdag moesten Anna en ik allebei werken, maar we zijn wat vroeger naar huis gegaan: rond 16:00 uur was ik thuis, Anna drie kwartier later. Mijn ouders hadden een vlucht die pas om 20:40 uur vertrok vanuit Denver waardoor ze nog een heerlijk rustige dinsdag hier hadden. Even na vijven zijn we richting het vliegveld gereden, waar we zijn gebleven totdat mijn ouders richting security check gingen.

En zo was het bezoek alweer voorbij. Het leek dit keer wel heel erg snel voorbij te zijn gegaan, terwijl het in het begin zo heerlijk lang leek. Gelukkig komen ze over drie maandjes alweer richting Denver!

Silent Cheers

Ik had een blog klaar staan waarin ik een deel van het bezoek van mijn ouders beschreef, maar er is nu een ander onderwerp dat iedereen in de VS – en de wereld – bezighoudt: de dood van Osama Bin Laden.

En het is best nog een controversieel onderwerp.

Het overgrote deel van de bevolking is gewoon blij dat OBL (zoals hij door sommige media wordt genoemd) dood is. Punt. Einde. De man was een monster, verantwoordelijk voor verschrikkelijke dingen met duizenden doden als gevolg, en de wereld is er een stukje beter op geworden nu hij niet meer rondloopt.

Maar is dat wel echt zo? De meningen daarover zijn verdeeld.

Volgens sommige deskundigen is nu het hoofd van de slang verwijderd waardoor het lichaam niet meer weet wat het moet doen waarna het afsterft: nu OBL niet meer in beeld is, en Al Qaeda daarmee geen charismatisch boegbeeld meer heeft dat als de grote leider werd gezien – en daarmee ook zijn macht, invloed en fortuin kwijt is – zullen Al Qaeda groeperingen niet meer zo effectief kunnen werken. Er is geen tweede OBL meer die op kan staan en in één keer zijn plek kan innemen met dezelfde kwaliteiten, waardoor Al Qaeda niet meer zo machtig zal kunnen zijn als met OBL. Daardoor zullen er mogelijk fouten worden gemaakt door de overgebleven onderdelen van Al Qaeda waardoor deze ook eenvoudiger kunnen worden opgerold.

Volgens andere deskundigen zal het echter allemaal niet zo makkelijk gaan. Nu OBL er niet meer is bestaat de kans dat anderen binnen Al Qaeda of daaraan gerelateerde groeperingen nu ineens een kans zien die ze tot nu toe nooit hebben gehad. Niemand durfde op te staan en te proberen OBL’s plaats in te nemen. Nu OBL er niet meer is opent dat wellicht deuren die tot nu toe voor veel OBL-wannabe’s gesloten waren. En wie weet wat voor een gekken er nog rondlopen, die wellicht net zo gehaaid zijn als OBL was, die misschien ook de nodige financiële middelen hebben om dingen voor elkaar te krijgen. Er is immers nog zo veel in dat wereldje waar we nog helemaal niets of maar zeer weinig van af weten.

Deze deskundigen zeggen dat het in plaats van beter wel eens slechter zou kunnen worden in de wereld. Naast nieuwe kopstukken die opstaan bestaat er nu immers ook de kans op radicalisering van de bestaande Al Qaeda groeperingen of van nieuwe groeperingen die de dood van OBL willen wreken.

De Amerikaanse regering heeft al aangekondigd ervan overtuigd te zijn dat er pogingen tot wraakacties zullen komen, en dat er rekening moet worden gehouden met het feit dat sommige van die pogingen wellicht zullen slagen.

Tegelijkertijd zegt men echter ook dat met de informatie die is gevonden in het huis van OBL er wellicht heel wat andere aanslagen voorkomen kunnen worden, doordat men kennis krijgt van bestaande plannen, of met de informatie bepaalde Al Qaeda leden en onderdelen kan identificeren en uitschakelen om zo nóg een slag toe te brengen aan het terroristennetwerk.

Helaas kan niemand met zekerheid zeggen wat er zal gaan gebeuren. Ik verwacht eigenlijk ook wel dat er een flinke klap nog gaat komen: hetzij bij ambassades in het buitenland, hetzij hier op Amerikaans grondgebied. Ik geloof niet dat dit voorkomen kan worden, en ik denk dat de radicale groeperingen niet zullen rusten totdat ze een vorm van wraak hebben kunnen uitoefenen.

Ondanks deze dreigingen die min of meer als een enorm zwaard van Damocles boven de VS zullen blijven hangen wordt er nu feest gevierd. En waarom ook niet? Ja, het klopt dat met de uitschakeling van OBL er geen einde is gekomen aan de terroristendreiging, maar dat is ook niet hetgeen gevierd wordt.

Bijna 10 jaar lang is er door de Amerikaanse overheid gezocht naar OBL, een zoektocht die begon op 11 september 2001. Een zoektocht die keer op keer tot niets leidde, behalve wellicht tot frustratie.

En toch zette men door: er zou worden gezocht en gejaagd totdat Osama Bin Laden was gepakt. Als er iets was waarbij de Amerikanen niet zouden opgeven dan was het dit wel.

Door toedoen van OBL en Al Qaeda hebben duizenden mannen, vrouwen en kinderen het leven gelaten, niet alleen bij de aanslagen op 9/11, maar ook in de jaren erna in Afghanistan. Tienduizenden Amerikanen hebben een echtgenoot of echtgenote, een kind, een ouder, een oom of tante, en vele vrienden verloren gedurende de afgelopen tien jaar.

Maar niet alleen dat zijn de Amerikanen kwijtgeraakt: zoals iemand het ooit heeft omschreven zijn de Amerikanen door de aanslagen van 9/11 hun “innocence” kwijtgeraakt: hun onschuld, hun wellicht deels naïeve houding, het gevoel dat er op Amerikaanse bodem niet zo veel zou kunnen gebeuren. Er was dan wel al eens een bomaanslag op het World Trade Center gepleegd in 1993, maar dat werd afgedaan als een geïsoleerde actie – ook al bleek later dat de daders banden met Al Qaeda hadden. En ook was er de bomaanslag in Oklahoma City in 1995 door Timothy McVeigh, maar dat was een “domestic terrorist”, een Amerikaans staatsburger die de aanslag pleegde met hele andere motieven. En daarna bleef het rustig, wat aanslagen betreft, en voelde Amerika zich weer veilig: er waren allerlei maatregelen getroffen die de nationale veiligheid verhoogden, en de daders van de acties waren gevonden en berecht. De boodschap was duidelijk: Amerika liet niet met zich sollen.

Tot die tragische ochtend op 9 september 2011. Een dag die Amerika – en de wereld – voorgoed veranderde. Een dag ook die voor altijd in het geheugen van de Amerikanen zou voortleven. Een dag die nooit vergeten zou en mogen worden – een dag die nooit vergeten kon worden.

De belofte werd gemaakt dat degenen die verantwoordelijk waren voor de dood van bijna 3000 mannen, vrouwen en kinderen hun verdiende loon niet zouden ontlopen. Men zou blijven zoeken, en blijven jagen, en alles doen wat nodig was om het recht te laten zegen vieren.

En op zondag 1 mei, 2011, bijna 10 jaar na de aanslagen, kwam het voor veel Amerikanen verlossende woord: Osama Bin Laden was gevonden, en gedood. Ook al lost het wellicht niet direct iets op, voor veel Amerikanen is dit nieuws precies wat ze nodig hadden: het gaf een gevoel van afsluiting, van genoegdoening, van gerechtigheid, en ja, ook van wraak.

Veel Amerikanen schamen zich er niet voor, en zijn openlijk blij dat OBL dood is – het heeft de meesten veel te lang geduurd, en ze vinden het niet kwalijk dat er wordt gefeest om de dood van een medemens: respect voor de dode is niet nodig als die dode zelf geen respect voor het leven van anderen had. De dood van OBL wordt gezien als een overwinning van het Amerikaanse volk op de terrorist die het op Amerika had voorzien – en dát – die overwinning – is wat wordt gevierd.

Voor velen is het ook een beetje een eerbetoon aan en het nakomen van een belofte aan de slachtoffers van 9/11. Nu er gerechtigheid is gekomen en Osama Bin Laden dood is, kunnen de Amerikanen die familie en vrienden hebben verloren dit deel van de tragedie afsluiten, en kunnen zij wellicht wat rust vinden. En volgens sommigen kunnen nu ook de slachtoffers van 9/11 zelf eindelijk hun eeuwige rust krijgen.

Niemand verwoordde het mooier dan een bouwvakker die op Ground Zero werkt aan de bouw van ‘One World Trade Center’, ook wel de ‘Freedom Tower’ genoemd (de nieuwe toren die op de plek van de Twin Towers komt te staan): nadat bekend was geworden dat Osama Bin Laden was gedood “you could sort of hear the silent cheers of 3000 ghosts”…